Zingt, gij afgelegen landen

Geen audio beschikbaar
Zingt, gij afgelegen landen

Afspeelinstellingen

Tempo:

Informatie over dit gezang

Auteur(s):

Isaäc Watts (1674 - 1748)
Jan Scharp (1756 - 1828)
F. von Hardenberg
J.C. Bach (1642 - 1708)
Adam Drese (1620 - 1701)
Zingt, gij afgelegen landen
Zingt, gij afgelegen landen

1Zingt, gij afgelegen landen,
zingt, gij verste volken! zingt!
Jezus reikt u zelf de handen,
volken, hoort! Zijn heilstem dringt
ook in ’t einde tot u door.
Al wat leeft dank’ Hem daar voor.

2Groot en klein uit alle oorden
zien wij komen tot die stem,
luist’ren naar Zijn liefdewoorden;
vrijen, slaven dienen Hem.
Dalen rijst! zinkt bergen neer;
baant de weg voor onzen Heer'!

3Ziet, Hij komt, om alle volken
mild te zeeg’nen als hun Heer'!
Met Hem daalt er uit de wolken
overvloed van zegen neer;
zelfs in ’t land van slavernij
maakt de Zoon in waarheid vrij.

4Zo, zo zien wij ’t Godsrijk komen,
’t komt steeds nader elke dag.
Amen, zeggen alle vromen:
kom, ja kom, o blijde dag,
dat al ’t menselijk geslacht
aan de Heer' word’ toegebracht!