O hoofd vol bloed en wonden

Geen audio beschikbaar
O hoofd vol bloed en wonden

Afspeelinstellingen

Tempo:

Informatie over dit gezang

Auteur(s):

Johann Crüger (1598 - 1662)
Paul Gerhardt (1607 - 1676)
H.L. Hassler (1564 - 1612)
O hoofd vol bloed en wonden
O hoofd vol bloed en wonden

1O hoofd vol bloed en wonden,
bedekt met smaad en hoon,
o hoofd zo wreed geschonden,
Uw kroon een doornenkroon,
o hoofd eens schoon en heerlijk
en stralend als de dag,
hoe lijdt Gij nu zo deerlijk!
Ik groet U vol ontzag.

2O hoofd zo hoog verheven,
o goddelijk gelaat,
waar werelden voor beven,
hoe bitter is Uw smaad!
Gij, eens in 't licht gedragen,
door engelen omstuwd,
wie heeft U zo geslagen
gelasterd en gespuwd?

3O Heer' Uw smaad en wonden,
ja alles wat Gij duldt,
om mij is het, mijn zonden,
mijn schuld, mijn grote schuld.
O God ik ga verloren
om wat ik heb gedaan,
als Gij mij niet wilt horen.
Zie mij in liefde aan.

4Houdt Gij mij in Uw hoede,
Gij die Uw schapen telt,
o bron van al het goede,
waar uit mijn leven welt.
Gij die mijn ziel wilt laven
met liefelijke spijs,
Gij overstelpt met gaven
tot in het paradijs.

5Ik dank U o mijn vrede,
mijn God die met mij gaat,
voor wat Gij hebt geleden
aan bitterheid en smaad.
Geef dat ik trouw mag wezen,
want Gij zijt trouw en goed.
Ik volg U zonder vrezen
wanneer ik sterven moet.

6Wanneer ik eens moet heengaan
ga Gij niet van mij heen,
laat mij dan niet alleen gaan
niet in de dood alleen.
Wees in mijn laatste lijden,
mijn doodsangst, mij nabij.
O God, sta mij terzijde,
die lijdt en sterft voor mij.

7Wees Gij om mij bewogen
en troost mijn angstig hart.
Voer mij Uw beeld voor ogen,
gekruisigde, Uw smart.
Dan zal ik vol vertrouwen,
gelovig en bewust,
Uw aangezicht aanschouwen.
Wie zo sterft, sterft gerust.