Gans zwaar en groot

Geen audio beschikbaar
Noten van Gans zwaar en groot

Afspeelinstellingen

Tempo:

Herhalingen

Orgelmodus

Informatie over dit gezang

Auteur(s):

Willem Sluiter (1627 - 1673)
Anne de Vries
Georg Weissel (1590 - 1635)
uit Engeland (16e eeuw)
William Rowlands
Gans zwaar en groot
Gans zwaar en groot

1 Gans zwaar en groot
en bloedig rood
o Heer', zijn mijne zonden.
Hoe kan ik nu
bestaan voor U?
Ach, 'k heb Uw beeld geschonden.

2 Ik durf hierdoor
niet treden voor
Uw heilig aangezichte.
Wat zal 't dan zijn
als ik verschijn
voor Uw gestreng gerichte?

3 Doch, o mijn God,
Ik stelle tot
Mijn Middelaar, Uw Zone.
Uw enig Kind,
dat Gij bemint,
Die mij voor U verschone.

4 De Zoon die Gij
toch Zelve mij
o Vader, hebt gegeven,
opdat ik niet
in mijn verdriet
bezwijken zou, maar leven.

5 Aanschouwt dan Uw
Gezalfde nu
o Vader, tot voldoening.
Die voor mijn zond'
als Borg eens stond
en is mijn zielsverzoening.

6 Wil door Zijn min
mij alles in
en met Hem schenken samen.
Mijn God, ik bouw
op Uwe trouw.
Gij zult mij niet beschamen.