Statenvertaling
Jeremía 45
Jeremía
Jeremía krijgt van de HEERE een profetie voor zijn knecht Baruch. Ondanks het komend oordeel mag Baruch zijn leven behouden.
Baruchs troost
45 1 HET woord dat de profeet Jeremía gesproken heeft tot Baruch, den zoon van Neríja, als hij 1die woorden uit den mond van Jeremía in een boek schreef, in het 2vierde jaar van Jójakim, den zoon van Josía, den koning van Juda, zeggende:
2 Alzo zegt de HEERE, de God Israëls, van u, o Baruch.
3 Gij zegt: 3Wee nu mij, want de HEERE heeft 4droefenis tot mijn smart gedaan; ik ben moede van mijn zuchten en vind geen rust.
4 Zo zult gij tot hem zeggen: Zo zegt de HEERE: Zie, wat Ik gebouwd heb, 5breek Ik af, en wat Ik geplant heb, ruk Ik uit, zelfs dit ganse land.
5 En zoudt gij u 6grote dingen zoeken? Zoek ze niet; want zie, Ik breng een 7kwaad over 8alle vlees, spreekt de HEERE; maar Ik zal u uw 9ziel tot een abuit geven, in alle plaatsen waar gij zult heen trekken.
Probeer
gratis
Lees de Bijbel met Uitleg
Maak een account aan en krijg toegang tot de extra content van de Bijbel mét uitleg!
- Bijbel mét uitleg
- Achtergrondinformatie
- Landkaarten en illustraties
- Bijbelverklaring van Matthew Henry
- Bijbelverklaring van Johannes Calvijn
- Notities en markeringen